kmo.partners

Nieuwe Verordening: Werkgevers, Wees Alert op Uw Mobiliteitsbudget!

Vanaf de start van 2024 zullen werkgevers zich aan striktere regelgeving moeten houden aangaande het mobiliteitsbudget. Deze verandering heeft als doel een transparanter en eenvoudiger systeem voor zowel de werkgever als werknemer te creëren.

Wat Verandert er Precies?
Tot op heden waren er geen uniforme regels voor de berekening van het mobiliteitsbudget. Deze lacune wordt nu opgevuld. Werkgevers krijgen de optie om het budget vast te stellen aan de hand van een gedetailleerde lijst met daadwerkelijke kosten of via een vastgestelde standaardwaarde.

Echter, een eenmaal gekozen methode dient consistent te worden toegepast op alle werknemers en blijft drie jaar van kracht. Na deze periode mag er van methode gewisseld worden, hoewel bestaande overeenkomsten van kracht blijven. Dit impliceert dat een wijziging enkel relevant is voor nieuwkomers binnen het bedrijf. Voorzichtigheid is dus geboden bij het selecteren van een methode, aangezien frequente wijzigingen uitgesloten zijn.

Mocht er door de werkgever geen specifieke keuze worden gemaakt, dan zal het budget automatisch berekend worden op basis van de daadwerkelijke kosten. Tevens blijft het mogelijk de gegevens van een referentievoertuig te gebruiken, mits dit consequent wordt gedaan voor alle werknemers met een bedrijfswagen.

De standaardwaarde methode, samengesteld uit een vaste en variabele component, biedt een snellere duidelijkheid over het te verwachten bedrag in de verschillende pijlers.

Volledig Virtueel:
Een opmerkelijke verandering is dat het volledige mobiliteitsbudget vanaf 1 januari virtueel beschikbaar moet zijn voor werknemers. Dit houdt in dat ook de opties binnen pijler 1 virtueel worden aangeboden.

Voor de onbekenden met de termen: het mobiliteitsbudget is onderverdeeld in drie pijlers:

  1. Pijler 1: een milieuvriendelijke bedrijfsauto.
  2. Pijler 2: ecologische vervoersmiddelen en woonlasten voor degenen die binnen 10 km van hun werkplek wonen.
  3. Pijler 3: overgebleven saldo na uitgaven in pijler 1 en/of 2 dat de werknemer kan verkrijgen.

Voor een diepgaande blik op de berekeningsmethoden wordt aangeraden om contact op te nemen met het sociaal secretariaat: geert.deman@besox.be

Mobiele versie afsluiten