Ondernemen in België, dat is soms balanceren op een slappe koord. De loonkosten behoren tot de hoogste van Europa en blijven een heet hangijzer voor werkgevers. Elk jaar analyseert het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) hoe de sociale lasten evolueren. En hoewel er in 2024 een lichte daling te bespeuren valt, blijft de vraag: is het voldoende om écht ademruimte te geven aan onze bedrijven?
Kleine meevaller: een minimale daling
Goed nieuws voor ondernemers: de sociale lasten op lonen zijn in 2024 licht gedaald. Concreet bedragen de sociale bijdragen dit jaar 64,83% voor arbeiders en 60,54% voor bedienden. Deze daling is grotendeels te verklaren door een afname van het aantal afwezigheidsdagen dat onder het gewaarborgd loon valt. Werknemers waren minder vaak ziek met behoud van loon, wat de kosten voor werkgevers verlichtte.
Toch is het niet allemaal rozengeur en maneschijn. De dagen gedekt door een ziekte-uitkering (ZIV) zijn juist toegenomen. Dit betekent dat werknemers weliswaar minder vaak door hun werkgever worden doorbetaald bij ziekte, maar dat het totale ziekteverzuim niet noodzakelijk gedaald is. Voor bedrijven blijft dit een aandachtspunt: een hoog absenteïsme blijft een kostenpost, of die nu direct via lonen of indirect via productiviteitsverlies binnenkomt.
De carenzdag verdwijnt: extra kosten voor werkgevers
Een opvallende wijziging in 2024 is de afschaffing van de carenzdag. Waar arbeiders voorheen de eerste ziektedag onbetaald lieten, wordt die nu volledig vergoed door de werkgever. Dit lijkt op het eerste gezicht een mooie maatregel voor werknemers, maar werkgevers voelen de impact. Deze aanpassing zorgt voor een stijging van de werkgeversbijdragen met 0,23%.
Stabiliteit in werkloosheidsbijdragen
Een lichtpuntje is dat de bijdrage voor tijdelijke werkloosheid stabiel blijft op 0,09%. Dit betekent dat werkgevers niet extra hoeven te betalen voor de financiering van tijdelijke werkloosheidsuitkeringen. Een kleine maar welkome stabiliteit in een verder fluctuerend kostenlandschap.
Wat betekent dit voor jouw onderneming?
De impact van deze ontwikkelingen verschilt per bedrijf. We zetten de kerncijfers even naast elkaar:
Factor | 2023 | 2024 |
---|---|---|
Sociale lasten arbeiders | 65,06% | 64,83% |
Sociale lasten bedienden | 60,65% | 60,54% |
Werkgeversbijdrage carenzdag | – | +0,23% |
Bijdrage tijdelijke werkloosheid | 0,09% | 0,09% |
Hoewel de sociale lasten lichtjes dalen, blijven de totale loonkosten in België een stevige uitdaging. De taxshift van enkele jaren geleden heeft ademruimte gecreëerd, maar die buffer lijkt onvoldoende om de loonkosten fundamenteel te verlagen.
Conclusie: blijven wachten op structurele hervormingen
De Belgische loonkostenstructuur is een blijvend struikelblok voor groei en concurrentiekracht. Dat de sociale lasten licht dalen is positief, maar onvoldoende om echt een verschil te maken. Structurele hervormingen blijven nodig om ondernemers meer ruimte te geven om te investeren, innoveren en jobs te creëren.
Ondernemers moeten dus blijven rekenen op hun creativiteit en veerkracht om competitief te blijven. Hopelijk beseffen beleidsmakers dat een stevige en duurzame economie pas echt kan bloeien wanneer werkgevers niet langer onder torenhoge lasten gebukt gaan.